We kwamen, we zagen, we wilden niet meer weg. Nooit meer. Port Barton is al het goede in het leven samengepakt in één quasi slaperig kustplaatsje. Volgens andere reizigers die we spraken was Port Barton vergelijkbaar met El Nido maar dan kleiner, leuker, liever en minder druk. Dat vonden wij nogal een understatement (El Nido is afschuwelijk) maar daar komen we nog wel eens op terug. Zijn er toeristen? Ja, maar het soort dat bijdraagt aan de sfeer in plaats van die (laten we elkaar geen mietje noemen: Engelse) toeristen die je de wil om te leven ontnemen. Als je het aan ons vraagt dus maar weten wij veel, misschien hou je heel erg van luidruchtige, katslamme Russen en dan moet je vooral lekker naar El Nido gaan.

Goed, over Port Barton. Op het moment van schrijven kan ik je op een briefje geven dat dit nog enigszins onontdekte, of op z’n minst vaak overgeslagen, paradijs binnen nu en heel snel gaat ontploffen. In de figuurlijke zin. Er wordt gebouwd, er worden asfaltwegen aangelegd, er is inmiddels de hele dag door elektriciteit en de hoeveelheid westerse restaurants breidt zich uit. Dat is een voordeel als je van goed westers eten houdt, dat is een nadeel als je geen zin hebt om de plek te delen met drie miljard anderen die ook van goed westers eten houden. Tip? Ga morgen. En in dat geval heb je misschien wat aan het onderstaande.

Algemeen

Even een paar dingen om te onthouden voordat we naar het gezellige gedeelte van dit verhaal gaan (of je slaat het over en kijkt zelf maar even). Bij aankomst in Port Barton (vanuit Puerto Princesa duurt dit ongeveer 2,5 uur en vanuit El Nido doe je er zo’n 45 minuten langer over. Pro tip: neem even een reisziekte pilletje als je snel misselijk wordt) betaal je een klein bedrag voor een eco-tourism card. Gooi deze nou niet meteen weg want die heb je nodig om tours te boeken.

Er is inmiddels een keur aan hotels, hostels, guesthouses en andersoortige kleinschalige ‘resorts’. Over het algemeen boeken wij tijdens onze reizen een dag van te voren een slaapplek maar in Port Barton, dat nog steeds heel klein is, was dit nog een hele opgave. Ons geboekte guesthouse bleek bij aankomst overboekt en de rest van het dorp was natuurlijk helemaal vol. Dat was een geluk bij een ongeluk want zo kwamen we terecht bij onze engel Jane en haar fijne aanleunkamer, maar goed om te weten dus: boek misschien op tijd als je verzekerd wilt zijn van een leuke, betaalbare plek. Met deze tip had ik eigenlijk moeten beginnen want hij is eigenlijk het belangrijkst dus ik zet hem maar even in capslock: NEEM GENOEG CASH GELD MEE! Er zijn geen banken en niemand doet hier aan creditcards. Onze Italiaanse vrienden daar hebben uiteindelijk een deal gesloten met hun hotel maar zijn daardoor wel maar twee dagen in Port Barton geweest. Pin dus voor je in de bus stapt, alles wordt met cash gedaan. Ik herhaal: alles wordt met cash gedaan.

Tips van Thijs: koop even zo’n waterdicht tasje voor je telefoon en alles wat niet nat mag worden voordat je de boot op gaat (het verhaal dat Thijs maar liefst twee keer z’n telefoon wist te verdrinken tijdens onze reizen komt later) en ook handig om te weten is dat de kwallen (die je overal ziet) niet prikken en dus ongevaarlijk zijn, voor zover wij ons hebben laten vertellen. Ja, zelfs de blauwe.

    Doen

    Toen wij in Port Barton aankwamen hadden we twee maanden van vrij intensief reizen achter de rug dus wij hebben vooral geluierd (en katers – niet die met snorharen – gemaakt en vertroeteld). We zijn vijf dagen gebleven en in vijf dagen tijd kun je heel veel leuke dingen doen maar dus ook heel veel niets. Het is maar net waar je zin in hebt.

    Tours

    Zoals gebruikelijk in de Filipijnen kun je ook hier kiezen uit vier standaard eiland-hop-tours, A tot en met D. Ik zeg standaard, maar elke aanbieder heeft weer een ander luncheilandje en houdt een andere volgorde aan zodat je de plekken wel deelt met andere toeristen, maar elkaar nooit echt voor de voeten loopt. Alle tours kosten 1200 pesos (€22,-) per persoon en je zit met zo’n tien man op een bootje. Hierbij zitten lunch en snorkelattributen inbegrepen. Ze vertrekken om 09:00 en zijn rond 16:00 weer terug in de haven. Wij kozen voor tour A, die bekend staat als de ‘essential tour’ en wie zijn wij om het essentiële over te slaan, toch?  Je dag bestaat uit snorkelen (ik ben geen snorkelexpert maar ik had de hele dag boven Fantastic Reef kunnen dobberen, wat een kleuren, wat een vissen), nog meer snorkelen, een beetje zwemmen, weer snorkelen maar dan met tien man rond een vrij gestreste schildpad (niet cool) en tot slot een rondje om een onbewoond eiland lopen en wachten tot iemand een kokosnoot uit een boom geslagen heeft voor je zodat je die voor de foto in bikini op een schommel op kunt drinken. Wij vonden het fantastisch.  Behalve die gestreste schildpad dus.

    Stranden

    Het strandje van Port Barton zelf (Itaytay Beach) is prima om een (kater)dag door te brengen. Aan het einde van de dag zwem je een beetje tussen de boten in maar het is evengoed heerlijk. Nooit te laat voor happy hour want alle bars binnen handbereik. Prima. Andere opties zijn:

    • Vrij populair onder de reizigers in Port Barton is het zuidelijk gelegen White Beach. Je kunt er naartoe per boot, per scooter of lopend. De entreeprijs is 50 pesos (omgerekend precies niks, €0,80, maar ik heb er mensen over horen zeuren) en je kunt er in hangmatten biertjes drinken. Wij zijn er zelf niet geweest maar een Duitser op een van de tours vond het overrated en het strand niet wit genoeg (kan ook gewoon een hele zure Duitser zijn geweest).
    • Ten noorden van Port Barton vind je nog drie stranden die de moeite waard zijn. Pamuayan Beach, But But Beach en Nao Nao Beach. Wij zijn zelf niet verder gekomen dan Pamuayan Beach (geen kater dit keer maar reizigersdiarree, ook onhandig) maar dat was wel echt die moeite van een scooter huren waard (500 pesos, €8,50, voor een hele dag). Het strand is wijds en leeg, de zee is kristalhelder en vol zeesterren en het belangrijkste: er was nagenoeg niemand. Ook hier vind je weer een klein strandhutje waar je koude pilsjes, cola en chips kunt halen en ik geloof zelfs wat meer substantieels te eten kunt krijgen. Het water is heel erg ondiep dus perfect voor gewoon een beetje in het water zitten mijmeren maar niet heel geschikt voor heel hard zwemmen (ga dan misschien sowieso beter je leven overdenken). But But Beach zijn we niet geweest maar schijnt ongeschikter te zijn voor zwemmen (rotsen) maar wel nog mooier. Oh en je kunt er goed lunchen, schijnt. Nao Nao Beach is het verst (en 8 kilometer klinkt niet ver maar je probeert dus wel als onervaren westerling met je scooter door de jungle te rossen, best moeilijk) maar ook het mooist en het meest geschikt om te zwemmen. Je kunt het eigenlijk niet fout doen, de tocht er naar toe is al een prachtig avontuur.

    Geloof dat je ook nog via een jungletocht een waterval kunt bezoeken maar ook dat hebben we niet gedaan en moet je zelf even uitzoeken. Wat we wél hebben gedaan en heel fijn was: een verse aloë vera massage geboekt op het strand voor een tientje per uur. Aanrader!

    Eten en drinken

    Laat ik beginnen met het belangrijkste: het drinken. Volgens mij gaat iedere backpacker de eerste avond regelrecht naar Bo’s reggaebar. Het is de bar naast de meest gangbare strandopgang en ze hebben elke avond (weliswaar steeds dezelfde) live muziek. Het terras bestaat uit gammele bankjes en boomstammen, happy hour cocktails (1 + 1 gratis) kosten je ongeveer een euro en bestaan voor minimaal 50% uit rum en de zonsondergang is er prachtig. Wij dachten de jackpot al meteen gevonden te hebben (was niet, het kon nog veel beter) en daarom verwijs ik je alvast even door naar onderstaande bars:

    • Happy Beach Bar: ligt iets verder richting het noorden en every hour is happy hour Dat klinkt als een slechte slogan maar 1) het is waar en 2) happy hour betekent twee pilsjes, een schaaltje vers gebrande nootjes én twee rum cola voor 100 pesos (€1,70). KRUIPEND NAAR HUIS! Ook niet onbelangrijk: pal aan het strand en met van die Expeditie Robinson fakkels overal. Oh en de curry is ook heel goed en heel goedkoop en je krijgt er een banaantje bij dat je dus – als je net zulke geniën bent als wij – kunt bewaren voor het ontbijt zodat je nog een uurtje langer kunt bijkomen. You are welcome.
    • Reef Bar: helemaal aan het einde van de straat vind je Reef Bar. Hier is de livemuziek beter en kun je goede uienringen en lekkere patat voor bij je pils bestellen. Helemaal prima.
    • The Hangover Bar: als je enigszins aangeschoten op zoek bent naar een volgend feestje (alle bars gaan namelijk al om een uur of 24:00 dicht) dan kun je altijd naar The Hangover Bar. Het is echt een hele ranzige plek met een soort glazen aquarium waar het heel erg warm is maar je komt er om te dánsen. Probeer je plas er even op te houden, verder is het er vooral heel erg feest.
    • Karaokebar: karaoke is groot in Azië en zo ook in de Filipijnen. De avond die we in deze bar doorbrachten is één van mijn favoriete Filipijnse herinneringen en dat betekent voor een ander helemaal niets maar het zou zonde zijn om hem niet te delen dus alsjeblieft. We kwamen hier terecht nadat we een Filipijns verjaardagsfeestje crashten en met hun mee de hort op gingen. Ik heb de bar niet terug kunnen vinden op Google Maps dus je moet de Hangover Bar voorbijlopen, verder richting de bus terminal die je ook voorbij loopt en dan heuvelop vind je uiteindelijk aan de linkerkant deze verborgen parel. Het is een vrij grote karaoke bar voor locals waar je voor 5 pesos (€0,07) een liedje aan kunt vragen. Elk liedje, eigenlijk. We hebben meegeschreeuwd met de Beatles, elke denkbare Filipijnse artiest, Roxette, Bon Jovi, Queen, Greenday, alles. Het was fantastisch en ik hoop dat je er net zo’n goede avond zult beleven als wij. Vindt wel even lokale vrienden, verhoogt altijd de feestvreugde.

    Dan tot slot het eten. Wij zijn vegan en onze keuze is dus altijd beperkt, zeker in de Filipijnen. In Port Barton is er echter keus te over en hebben wij echt elke dag geweldig gegeten. In vergelijking met de rest van de Filipijnen is het vrij prijzig, maar voor €20,- heb je met twee personen nog steeds gegeten en gedronken.

    • Gorgonzola: een hippe Italiaan waar je naast karrenwielen van pizza’s ook foccacia’s, pasta en salades kunt eten. Wij aten er twee keer een geweldige vegan pizza met zelfgemaakte vegan kaas (!!), uienchutney, zoete aardappel en champignons. Ik bestelde er nog een salade bij die ook prima te doen was. Je kunt er ook ontbijten met, zoals wij deden, zelfgebakken brood met hummus en champignons of guacamole.
    • Mabuti. Eat & Chill: de favoriet. We bestelden springrolls met pindasaus, een burger met gebakken aardappels en een mangosalade met knoflookbrood. De bediening was meh (er stond een meisje tussen het bedienen door even haar nagels te knippen met een schaar ook) maar het eten was echt briljant. Ook hier kun je weer heel goed ontbijten, bijvoorbeeld met kokoshavermout met vers fruit of appelpannenkoeken met nog meer fruit. Lekker ook!
    • Ima’s: dit restaurant heeft ook een vestiging in Puerto Princesa en daar was het ons eethoogtepunt. Hier was de ervaring iets minder omdat er een heleboel dingen op waren (de tempeh bijvoorbeeld, die juist zo goed is bij Ima’s) en omdat het heel lang duurde voordat we ons eten kregen. Bij Ima’s wordt er geen alcohol geschonken maar de keuze is er groot en het eten vers, gezond en lekker. Wel kleine porties voor twee gezonde Hollandse dikzakken dus wij bestelden drie of vier gerechten. Kost geen drol dus kan makkie.
    • Happy Beach Bar: dit café dat aan het strand ligt heeft niet alleen de beste happy-hour-deal ooit maar ook een hele goede curry. Voor 180 pesos (€3,20) heb je een grote kom groentencurry met rijst, een banaan en een glas limonade (waar je dan wederom voor precies niks een shot rum in kunt gooien, just sayin’).